



Juf Karins moderne media

Deelvraag 5
Welke moderne media kan ik hier goed bij inzetten en hoe?
4 in balans model
De inzet van ICT kan een belangrijke bijdrage leveren aan het ontwikkelen van 21st century skills.
Kennisnet heeft een model opgesteld dat beschrijft waarbij rekening gehouden moet worden bij de invoering van ICT in het onderwijs:
Je begint met de visie vanuit de school. Dit vormt de basis van het inzetten van ICT. Vanuit de visie van de school ga je deskundigheid ontwikkelen bij de leerkrachten.
Hierbij gaat het om de ICT- bekwaamheid van de leraren: kennis, kunde en houding tegenover ICT in het pedagogisch-didactisch handelen. De directie moet ervoor zorg dragen dat de leerkrachten getraind worden om ICT vaardig te zijn.
Als je deze deskundigheid hebt dan ga je kijken naar de inhoud en toepassingen van ICT. Er moet bekeken worden welke software geschikt is en gebruikt kan worden.
Vanuit de onderwijsbehoeften pas je het ICT gebruik aan. Voor elke onderwijsvorm kan ICT ondersteuning bieden. Maar niet elke ICT-toepassing is voor iedere onderwijsvorm geschikt.
Hierna ga je vanuit de inhoud en toepassingen naar het creëren en invullen van de infrastructuur. Er moet bepaald worden welke hardware er nodig is. Eerst moeten we zorgen dat de leerkrachten deskundig worden op het gebied van ICT in plaats van alle materialen geregeld hebben.
Deze manier van ontwikkelen wordt 'onderwijsgedreven' genoemd. In het schema gezien van links naar rechts. Wanneer de invoering andersom gebeurt, noemen we dit 'techniekgedreven'. Het schema wordt dan van rechts naar links gelezen.
T- PACK
Om leerkrachten te helpen bij de inzet van ICT in hun onderwijs kun je kijken naar het TPACK model.
Dit werd in 2005 geïntroduceerd door de Amerikaanse onderwijskundigen Koehler en Mishra.
Het model beschrijft de kennisbasis die leerkrachten moeten hebben op het gebied van vak inhoud, didactiek en ICT en de combinatie tussen deze drie.
Het model bestaat uit drie onderdelen. Elk onderdeel staat voor een belangrijk element voor effectief onderwijs.
Technological Knowledge:
Kennis van technologie.
Bij kennis van technologie kun je denken aan kennis van ICT.
Het gaat er dan om dat je kennis hebt van digitale technologie. Denk bijvoorbeeld aan digiborden, pc’s, tablets, internet en de elektronische leeromgeving. Maar ook applicaties, tools en sites.
Bij dit onderdeel gaat het om het kunnen gebruiken van ICT toepassingen en de mogelijkheden ervan kennen.
Pedagogical Knowledge:
Kennis van didactiek.
De P staat voor pedagogy, in het Nederlands: didactiek.
Het gaat erom hoe de leerkracht kennis en vaardigheden overbrengt bij de leerlingen.
Content Knowledge:
Vakinhoud.
Het gaat hier om kennis van de inhoud van het vak. Dus kennis van bijvoorbeeld: geschiedenis, aardrijkskunde, natuur, rekenen, taal.
Naast deze drie onderdelen zijn er de vier overlapgebieden.
Hier wordt de kennis van de verschillende gebieden gecombineerd.
TPK:
In dit overlapgebied gaat het om de combinatie tussen technologie en didactiek.
Hierbij gaat het erom op welke manier een bepaalde ICT- toepassing bijdrage kan leveren aan het lesgeven.
CPK:
In dit overlapgebied gaat het om de combinatie tussen didactiek en vakinhoud.
Hierbij gaat het om de kennis en vaardigheden om het vak over te kunnen brengen. Dit resulteert dus in vakdidactiek.
TCK:
De combinatie tussen vakinhoud en technologie.
Hierbij gaat het om op welke manier de inhoud van het vak is verbonden aan een bepaalde digitale tool.
TPACK:
Hier komen de drie kennisgebieden samen.
Als je weet wanneer je welke technologie inzet en waarom, dan ben je in staat om de drie kennisgebieden te integreren.
Voorwaarde hiervoor is, dat je in alle drie de gebieden competent bent.
Als je als leerkracht hier steeds goed over nadenkt dan weet je zeker dat je ICT gebruik tijdens de les essentieel is. Je maakt bewuste keuzes en je kunt de verschillende 21st century skills goed in je les verweven.
Moderne media op de Steijaertschool
Voor ons onderwijs hebben wij voor 2 groepen (in principe groep 7 en 8) de beschikking over Apple i-pads. Alle leerlingen uit deze groepen hebben een eigen tablet. Deze tablets kunnen door de andere groepen ook gebruikt worden in overleg. Wij regelen zelf het beheer van de apps, dus wanneer we bepaalde apps voor ons onderwijs goed kunnen gebruiken, kunnen deze op de tablets van de kinderen gezet worden. Daarnaast hebben we per lokaal de beschikking over 4 vaste computers en een digibord. Ook kunnen we een green screen gebruiken op school.
In onderstaand overzicht staan apps die we wellicht goed kunnen gebruiken bij onze projecten/ thema's.
Apps
Green screen: foto's en filmpjes opnemen voor een groene achtergrond, zodat deze vervangen kan worden door een andere achtergrond.
ChromaKey: is ook een app voor greenscreen opnames. Hiermee kunnen ook eigen foto's en filmpjes als nieuwe achtergrond gebruikt worden.
Scroll Credits: hiermee kan aftiteling gemaakt worden voor filmpjes.
IMovie: hier kunnen filmpjes in bewerkt worden.
You Tube: om filmpjes te publiceren en te bekijken.
Prezi: om presentaties in te maken, wat simpeler van opzet dan PowerPoint en kan ook via de website gedaan worden.
IMotion: om filmpje te maken aan de hand van foto's.
Showbie: (bestanden heen en weer zenden, documenten bewaren)
QR-reader: (QR- codes maken waaraan een opdracht gekoppeld zit)
Popplet: de kinderen kunnen hiermee een woordweb maken en ook foto's en afbeeldingen toevoegen.
Scratch Jr: de kinderen kunnen hiermee programmeren. Dit kunnen ze eventueel ook via de website doen scratch.mit.edu, dit is de 'gewone' versie van Scratch, dan is een vaste computer wel meer geschikt.
DuoLingo: (andere talen leren)
Book creator: (boek maken met tekst en plaatjes)
Rekentuin: rekenopdrachten voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong bij de kleuters. Als ze het goed doen worden de opdrachten steeds moeilijker.
Squla: oefeningen voor kinderen op verschillende vakgebieden.
Quivervision: kinderen maken een tekening, door een foto te maken wordt de tekening 3D en gaat het bewegen
Puppet pals : kinderen kunnen een toneelstukje naspelen met behulp van plaatjes(laten bewegen + geluiden)
Classdojo: werk inleveren en positief belonen
Pages: een soort tekstverwerker, de kinderen kunnen dit via showbie naar de leerkracht sturen.
Canva: de kinderen kunnen hiermee posters maken.
Stripmaker: de kinderen kunnen digitale strips maken.
Beantwoording van de deelvraag
Welke moderne media kan ik hier goed bij inzetten en hoe?
Wanneer we moderne media in gaan zetten is het van belang dit op de juiste manier te doen. Als we naar het 4 in balans- model kijken zien we dat ons onderwijs de afgelopen periode te veel techniek gedreven is geweest. We hebben wel veel middelen tot onze beschikking, maar zijn toen pas gaan nadenken over wat we ermee zouden willen en kunnen. We moeten meer vanuit onze visie gaan werken. Wanneer we weten wat we willen en ons hier deskundig in maken kunnen we kijken naar de software en vervolgens naar de hardware. In de praktijk zal dit niet meer helemaal opgaan, omdat we nu al veel hardware in de school hebben, maar dat we meer vanuit onze visie moeten denken en werken is duidelijk.
Bij de inzet van ICT in onze lessen kunnen we het TPACK- model gebruiken als leidraad om goed na te denken over hoe we dit moeten doen. Het is van belang dat we leren wanneer we welke technologie inzetten en waarom.
In het laatste overzichtje is de nodige software te zien die op de Steijaertschool goed ingezet kan worden tijdens projecten. Hierbij moeten we ook volgens het TPACK- model handelen. Inzien welke software we inzetten op welk moment en waarom.
Hiermee is deelvraag 5 beantwoord. Klik hier om naar mijn hoofdvraag te gaan.
Klik hier om te zien hoe ik deze theorie heb gebruikt bij de uitvoering van mijn Masterpiece.



