Juf Karins moderne media
Deelvraag 3
Hoe gaat het leren voor de leerlingen veranderen, op welke manier leren zij?
Verandering voor de leerlingen; motivatietheorie
Ook hier kunnen we kijken naar de motivatietheorie van Ryan en Deci. Voor de leerlingen geldt het volgende:
1. Competentie:
Kinderen moeten het gevoel krijgen dat ze hun eigen capaciteiten goed kunnen benutten. Ze moeten hun eigen krachten kunnen gebruiken om tot betere resultaten te kunnen komen. Ze moeten het vertrouwen hebben dat ze kunnen wat ze doen.
2. Verbondenheid:
De kinderen moeten zich verbonden kunnen voelen met elkaar, maar ook met de leerkracht en de lesstof. Ze moeten zich veilig kunnen in de klas en zich mede verantwoordelijk voelen voor hun eigen leerproces.
3. Autonomie:
Leerlingen moeten het gevoel hebben dat ze zelf mee mogen bepalen wat ze doen, vanuit hun eigen interesses en waarden. Ze doen dit in samenspraak met de leerkracht, maar ze moeten wel het gevoel hebben ook mee te mogen denken.
Ook hierbij is het van belang dat kinderen de intrinsieke motivatie hebben om iets te leren/ doen. Dan zullen de resultaten beter worden.
Taxonomie van Bloom
De taxonomie van Bloom werd in 1956 gepubliceerd door de Amerikaanse onderwijspsycholoog Benjamin Bloom. Dit leermodel werd toen bedacht gericht op het vak geschiedenis. De indeling is in de loop der tijd aangepast (door Krathwohl, 2002) en biedt nog steeds een goed kader om het leerproces te beschrijven.
Bloom gaat er vanuit dat je iets kunt begrijpen op verschillende niveaus. Hij heeft vaardigheden geordend in een opklimmende moeilijkheidsgraad. Onthouden, begrijpen, gebruiken, analyseren, evalueren en creëren.
Hij benoemt onthouden, begrijpen en gebruiken tot de lagere orde denkniveaus. Analyseren, evalueren en creëren benoemt hij tot de hogere orde denkniveaus.
Om Bloom’s model te gebruiken, moet de leerkracht de denkniveaus vertalen naar de inhoud van het vak. Hoe kan ik de inhoud aanbieden op de verschillende denkniveaus? Wat zijn passende doelen, instructies, opdrachten en toetsen op de verschillende denkniveaus? Zo krijg je een andere vorm van onderwijs.
In de huidige situatie komen we nauwelijks verder dan het lage orde denken. Met het oog op de implementatie van de 21st century skills in het onderwijs zou je juist een beroep moeten gaan doen op de vaardigheden uit de hogere orde.
Deze werkvormen spreken kinderen aan op allerlei 21st century skills: samenwerken, iets ontwerpen, oplossingen zoeken, creativiteit, communiceren.
In onderstaand filmpje wordt de taxonomie van Bloom nog verder uitgelegd:
Beantwoording van de deelvraag
Hoe gaat het leren voor de leerlingen veranderen, op welke manier leren zij?
Een kind leert op verschillende denkniveau's, zoals we in de taxonomie van Bloom kunnen zien. Met de 21st century skills willen we meer inzetten op de hogere denkniveaus, zoals samenwerken, iets ontwerpen, oplossingen zoeken, creativiteit en communiceren. Hierdoor zal het onderwijs voor de leerlingen veranderen en zullen zij op een andere manier gaan leren.
Hierbij moeten de de motivatietheorie ook niet uit het ook verliezen. Een kind wat intrinsiek gemotiveerd is zal tot betere resultaten komen. Dit lukt het beste als we zorgen dat aan de basisbehoeften: competentie, verbondenheid en autonomie voldaan wordt.
Hiermee is deelvraag 3 beantwoord. Klik hier om naar mijn volgende deelvraag te gaan.
Klik hier om te zien hoe ik deze theorie heb gebruikt bij de uitvoering van mijn Masterpiece.
